22 oktober 2012
K&G De Kwakel – Enkhuizer Damclub 2 – 6
1. Adri Voorn – Richard Bos 0 – 2
2. Wim Keessen – X 2 – 0
3. Piet van den Poel – Nico Leemberg 0 – 2
4. René de Jong – Hans van der veen 0 – 2
Adri Voorn – Richard Bos
1. 33-28 18-22; 2. 38-33 12-18; 3. 43-38 7-12; 4. 49-43 1-7; 5. 31-26 19-23; 6. 28x19 14x23; 7. 34-30 13-19; 8. 37-31 8-13; 9. 31-27 22x31
Ik dacht dat wit 32-28 wilde spelen. Dit is vrijwillig in de verdediging gaan.
10. 26x37 2-8; 11. 36-31 18-22; 12. 41-36 13-18; 13. 46-41 9-13; 14. 30-25 4-9; 15. 25x14 9x20; 16. 40-34 3-9; 17. 45-40 10-14; 18. 50-45 5-10; 19. 32-28 23x32; 20. 38x27
Ik weet niet of ik die ruil had verkozen. In de eerste plaats lijkt me 31-27 dan nog beter, maar als dan toch die 32-28 gespeeld moet worden, zou ik toch maar naar 28 slaan.
20. - - - 19-23; 21. 34-30 14-19; 22. 30-25 20-24; 23. 42-38 10-14; 24. 47-42 23-28
na 24 van zwart
En zo wordt wit aan alle kanten onder druk gezet. Het enige voorlopige redmiddel lijkt me 33-29 24x33, 38x29 met bijvoorbeeld 19-24, 29x20 15x24, 39-34 13-19, 34-30 maar wit zal zichzelf helemaal vast lopen.
Wit besluit tot 25. 40-34 en zwart slaat toe: 14-20; 26. 25x32 22-28; 27. 32x23 18x49;
Een dam ten koste van één schijf. Nu moet er eerst een vangstelling worden gebouwd, maar het moet toch al raar lopen wil die dam geen drie schijven waard zijn.
28. 39-34 17-21; 29. 38-32 49x40; 30. 45x34 21-26;
De witte schijven staan niet lekker, dus het uitspelen zal voor Richard een makkie worden.
31. 42-38 12-18; 32. 27-22 18x27; 33. 31x22 7-12; 34. 48-43 12-18; 35. 32-27 9-14; 36. 37-32 26-31 en wit geeft het op.
(HvdV)
Piet van den Poel – Nico Leemberg
1. 33-28 18-22; 2. 38-33 12-18; 3. 42-38 7-12; 4. 47-42 1-7; 5. 34-29 20-25; 6. 40-34 15-20; 7. 44-40 10-15; 8. 50-44 5-10; 9. 31-26 19-23; 10. 28x19 14x23; 11. 33-28 22x24; 12. 34-30 25x34; 13. 39x28 10-14; 14. 43-39 14-19; 15. 49-43 9-14; 16. 37-31 4-9; 17. 41-37 20-25; 18. 39-33 19-24; 19. 31-27 14-20; 20. 27-21 16x27; 21. 32x21 18-22; 22. 43-39 13-18; 23. 48-43 9-13; 24. 21-16 3-9; 25. 37-32 9-14;
na de 25ste zet van zwart
Mogelijke voortzettingen zijn:
A. 26. 36-31 24-29, 27. 33x24 20x29. 28. 46-41 22x33, 29. 39x28 18-22, 30. 43-39 22x33, 31. 39x28 13-18 met voordeel voor zwart. 32. 28-23?? 29-33, 33. 38x29 25-30, 34. 35x24 14-19, 35. 24x22 17x46 ;
B. 26. 46-41 24-29, 27. 33x24 20x29, 28. 41-37 22x33, 29. 39x28 17-22, 30. 28x17 11x22, met optisch een betere(?) stand.
Wit koos voor:
26. 32-27 22x31; 27. 26x37 14-19;
Op rechts geen goede zet voor wit meer.
28. 46-41
Veel beter is 28. 37-32, omdat op 18-22 (A) de ruil 29. 32-27 22x31, 30. 36x27 mogelijk is. En wit forceert 30. - - 12-18, 31. 27-22 18x27, 32. 28-23 19x28, 33. 33x31 Met gelijke waardering.
(A) In plaats van 18-22 kan niet 28. - - 18-23: 29. 33-29 24x22, 30. 35-30 25x34
28. - - - 18-22; 29. 37-32
Indien 29. 37-31 volgt 12-18, 30. 41-37 7-12, 31. 16x7 12x1, 32. 31-27 22x31, 33. 36x27 en weer 'dreigt' de twee-om-twee. 33. - - 18-23? 34. 37-32 en wit dreigt met 27-21, 33-29 enz. Na 34. - - 25-30 komt wit ook op 9: 35. 40-34 20-25, 36. 27-21 17x26, 37. 33-29 24x22, 38. 35x24 19x30, 39. 32-28 22x33, 40. 38x9 8-13, 41. 9x18 2-8, en zwart moet voor de remise.
29. - - - 22-27; 30. 32x21 17x26;
Vanaf deze ruil gaat alles vanzelf.
31. 41-37 12-18; 32. 37-32 7-12; 33. 16x7 2x11; 34. 42-37 11-16; 35. 36-31 18-23; 36. 31-27
Op 36. 28-22 loopt wit ook vast na 36. - - 23-29, 37. 39-34 is immers niet speelbaar door de plakker 37. - - 12-17.
36. - - - 12-18; 37. 28-22 8-12; 38. 22-17 12x21; 39. 33-28 6-11; 40. 39-33 24-29; 41. 33x24 20x29; 42. 44-39 29-34; 43. 40x29 23x34; 44. 39x30 25x34; 45. 43-39 34x43; 46. 38x49 15-20; 47. 45-40 20-25; 48. 40-34 19-24; 49. 49-43 13-19; 50. 43-39 18-23; 51. 39-33 25-30; 52. 34x25 23-29; 53. 28-23 19x39; 54. 35-30 24x35; 55. 25-20 39-43; 56. 20-15 43-48 en wit gaf op. (NL)
Hans van der Veen – René de Jong
1. 33-29 20-25; 2. 39-33 14-20; 3. 44-39 20-24; 4. 29x20 25x14; 5. 32-28 18-23; 6. 50-44 23x32; 7. 37x28 12-18; 8. 41-37 7-12; 9. 37-32 1-7; 10. 46-41 15-20; 11. 41-37 10-15; 12. 34-29 5-10; 13. 40-34 19-23; 14. 28x19 14x23; 15. 33-28
Een zet waar ik meteen al een vraagteken bij plaatste en bij nader inzien vraag ik me af waarom ik niet 35-30 heb gespeeld. Het is het begin van een serie zwakke zetten.
15. - - - 9-14; 16. 28x19 13x33; 17. 38x29 8-13; 18. 42-38 2-8; 19. 39-33 4-9; 20. 47-42 20-25; 21. 44-40 14-20; 22. 43-39 10-14; 23. 33-28
49-43 ligt voor de hand, maar met deze zet hoopte ik een beetje onrust te zaaien. Je moet tenslotte toch eens wat proberen. Dan moet die schijf natuurlijk niet meteen worden weggeruild.
23. - - - 17-22; 24. 28x17 11x22.Tja, dat was te verwachten. Maar om dan meteen maar een hele zwakke ruil te laten volgen.....
25. 31-27 22x31; 26. 37x26 14-19; 27. 49-44 7-11; 28. 48-43
Ik durfde 39-33 niet aan, maar achyeraf was dat helemaal niet zo slecht geweest.
28. - - - 19-24; 29. 32-27 24x33; 30. 39x28 9-14
en de situatie is levensgevaarlijk voor wit.
31. 44-39 14-19
Ik had 12-17 verwacht, 39-33 8-12 (om 38-32 te verhinderen), 34-30 enzovoort. Het zou wat interessants hebben opgeleverd.
32. 38-32 11-17; 33. 42-37 (36-31 was misschien wel zo goed) 17-21; 34. 26x17 12x21; 35. 39-33 (nu kan 37-31 heel goed, met op 21-26 43-38)
35. - - - 3-9; 36. 43-38
na 36 van wit
Je hebt van die standen waarbij de denkt: "Zat ik maar lekker thuis bij de TV", zelfs als je nooit TV kijkt omdat je er een gruwelijke hekel aan hebt. Maar tegelijkertijd denk je dan: "Als hij nu eens die zet zou doen en daarna die en die ....." In één op de honderd gevallen komt die wens dan nog uit ook. Welnu, dat gebeurde mij maandagavond in het fort van De Kwakel.
Het is een interessante stand, maar die 3-9 was ietwat onverklaarbaar. Veel beter is 20-24 met bijvoorbeeld 34-29 6-11, 29x20 15x24, 40-34?! 18-23, 43-39 21-26, 36-31 11-17, enzovoort.
In de diagramstand verwachtte ik 6-11 of 19-23, maar zwart speelde tot mijn grote vreugde
36. - - - 20-24, waarop ik toch nog maar even het eindspel doorrekende en toen speelde: 37. 34-30 25x34; 38. 40x20 15x24; 39. 28-23 19x39; 40. 38-33 39x28; 41. 32x14 21x41; 42. 36x47
Teruggooien met 13-19 helpt niet omdat dat schijf 24 niet weg kan en op de volgende zet speelt wit 35-30, en heeft op tijd de dam te pakken. Twee keer teruggooien is een optie die leidt tot een 1 om 4 dammen eindspel.
42. - - - 24-29; 43. 14-10 29-34 (13-18, 10-4 18-22 en 29-33 helpt ook niet dankzij schijf 45); 44. 10-4 13-19; 45. 4-18 en zwart gaf het op omdat op weglopen 18-34 volgt. (HvdV)