Nieuwsbrief 21 maart 2015
Gisteravond acht man aanwezig en Volendam speelde een thuiswedstrijd. Ik hoop dat ze promoveren, want dan krijgt Cor beter betaald en kan hij vaker de clubavonden bezoeken. We besloten tot het starten met een onderlinge competitie 2014-2015. Om de snellere spelers ook een avondvullend programma te bieden, kan men een tweede of derde (enzovoort) beginnen als de eerste voor half tien is afgelopen. Geteld wordt dan het gemiddelde van die avond. Zo speelden Bart over de Linden en Piet Maartens vier partijen, wonnen er elk twee en kreeg als resultaat 1-1.
Dit gebeurde in hun eerste partij:
Bart over de Linden – Piet Maartens
Zwart is aan zet en dacht meteen: “Ha! een schijfje winst!”
26-31, 37x17 11x44.
Daarmee was de stand weer gelijk, want zwart was in de opening al een schijfje achter geraakt. Het werd uiteindelijk winst voor Bart, maar niet op de manier die de clubgenoten aan beide kanten naast hem hadden gedacht:
27-22 18x27, 32x21 16x27, 43-39 enzovoort en wit staat een schijf voor.
Voorlopig de mooiste niet gespeelde combinatie van het jaar.
Het tweede fragment is uit de partij Peter Noé – Frits van der Linden.
De zwartspeler liet zich hier verlokken tot 21-26 en liep een schijfachterstand op:
21-26, 33-29 24x22, 27x20 26x28, dat zou een schijf winst zijn geweest, maar wit vervolgt met 20-14 en dan kan zwart kiezen: een dam tegen of een schijf achter. Natuurlijk koos hij voor het laatste.
Dan de partij Chris de Jonge – Nico Leemberg. Zwart heeft zo juist een dam gehaald, maar wit doet dat ook en probeer dan nog maar eens te winnen. Geen schijn van kans als wit dam haalt op veld 1, Chris zou dan een welverdiende punt in de macht hebben gesleept, maar wat deed hij? 7-2. Zeker een schijf, zal hij hebben gedacht, maar ja, zo wint zwart het alsnog!
7-2 47-36 en vervolgens 14-19 en het is uit.
Cees Degeling – Hans van der Veen De stand is na de 15de zet van zwart en ik hoopte een beetje op 39-34.
Er zou dan zijn gevolgd:
39-34, 26-31 met indien 37x26 17-21, 26x17 11x22, 28x17 23-29, 34x12 13-18, 12x23 19x46, 30x19 46x11, enzovoort, twee schijven en een dam vóór.
Slaat wit na 26-31 nu eens 36x27, dan volgt 17-22, 28x17 11x31, 37x26 16-21, 26x17 23-29, 34x12 13-18, 12x23 enzovoort.
Zwart heeft ook nog de keus om naar 50 te slaan in plaats van 46. Hoe dan ook: zwart kan de vlag wel strijken.
Wit deed een andere zet maar verloor later wel een schijf en de partij.
Kortom, de uitslagen:
Bart over de Linden – Piet Maartens 1 – 1
Peter Noé – Frits van der Linden 2 – 0
Chris de Jonge – Nico Leemberg 0 – 2
Cees Degeling – Hans van der Veen 0 – 2
Vrijdag 27 maart de tweede ronde. Iedereen kan meedoen. Deelname is gratis!
Zwart aan zet.
Een mooi vol bord, waarin ook nu zwart aan de beurt is.
Hans van der Veen – Victor van der Veen (Amsterdam, inderdaad familie). Zwart speelt hier een mooie lokzet: 29-34. Denk je nu dat je een schijf gaat winnen, dan kom je van een koude kermis thuis: 38-33 (12-17) 33-29 (17-21) slaan (21-26 !!! Zwart wint een schijf en de partij. Let je een tikkeltje beter op, dan gaat het nog mis: 38-33 (12-17) oei, 31-26 (ha ha ha 17-22, 34-30, 23-28, 13-18, 19x50), en schijf 17 gaat ook nog verloren. Een dam tegen twee schijven, gaat gewonnen worden door zwart ! De volgende mogelijkheid: 35-30, gaat zeker schijf winnen, denk je dan. (34-40) 30-24 (19x30) 28x17 maar zwart loopt naar dam en gaat ook nu winnen ! Voor de hand ligt dus 31-26 en daarna op links afruilen en aanvallen. U moet zelf maar eens kijken wat dat nog voor leuke dingen veroorzaakt! Hoe het ging, vertel ik misschien later nog eens.
Hans van der Veen – Jan Bekker (13-10-2014), na de 48ste zet van zwart. Na 43-39 is het waarschijnlijk wel uit, maar zo ging het: 49. 34-29 17-21; 50. 29x20 25x14; 51. 43-39 18-23; 52. 38-32? 21-26; 53. 39-34 26-31 en het werd gewoon remise.
Hans van der Veen – Hein van Assen, (12-1-2015), na de 53ste zet van zwart, die duidelijk beter staat, maar nog niet gewonnen. Denkbaar, of misschien wel het beste van beide kanten, is: 34-30 14-20; 43-38 13-19; 30-25 20-24; 47-41 19-23; 41-36 28-32; 26-21 en zwart mag wat hout meer hebben, het staat zo verspreid dat een remise onvermijdelijk is. Zo ver kwam het allemaal niet, want ik speelde 33-29 en gaf het op.
Cees Vlaar – Hans van der Veen (26-1-2015). We pakken de stand na de 49ste zet van zwart. Ik meende heel aardig te staan, maar had terwille van levensbehoud tot drie keer toe achteruit moeten ruilen. Nu ging het verder zo: 35-30 12-17; 43-38 17-22; 38-33 2-8; 42-37 8-13; 37-31 22-27 en remise besloten.
Partij 1 speelde ik met zwart. Wit is aan zet en ik probeerde mijn tegenstander te hypnotiseren om 37-31 te spelen. Ik ziou dan 16-21 hebben gedaan en hoe wit ook slaat, zwart slaat er 4. Die deed echter iets anders doms: 27-21 16x27; 37x17 4-9; 41-36 2-7, schijf 17 sneuvelt en zwart wint. Puur geluk natuurlijk.
Zo ging het ook in partij 2 (met wit), die ik had moeten verliezen. Zwart speelde 14-20 en ik rook mijn kans: 47-41 36x47; 34-30 47x7 omdat damslag vóór gaat!; 30x10 7-1; 10-5 (want op 10-4 slaat zwart 1x5). Nu speelt een andere regel: je mag niet meer dan drie keer achter elkaar met je dam spelen. Dat betekent dat zwart nu met een schijf moet. Dat was voor mijn tegenstander reden om maar remise aan te bieden. Beetje flauw om zo een punt te verdienen natuurlijk.
De derde partij weer met wit. Mijn tegenstander, dochter van een der sterkste Friese dammers, verraste me hier na 32-27 met 25-30 en wit 34x12 (via 25, 5 en 14), zwart 8x50 (via 17, 37 en 39). Ik stond perplex, want het ging zo lekker. Speelde nog 48-43 3-9; 35-30 50x47 (via 20); 46x48 en ik gaf het weer eens veel te vroeg op. Rechts ligt een open veld en volgens kenners had wit nog alle kans. Een moeilijk spul, dat Fryske spul.