1. Dick Lust – Richard Bos 0 - 2
1. 32-28 16-21; 2. 37-32 11-16; 3. 31-27 19-23; 4. 28x19 14x23; 5. 41-37 07-11; 6. 46-41 21-26; 7. 33-28 09-14; 8. 28x19 14x23; 9. 39-33 10-14; 10. 44-39 05-10; 11. 50-44 14-19; 12. 34-30 20-25; 13. 27-21 25x34; 14. 40x29 23x34; 15. 39x30 16x27; 16. 32x21. Richard kennende, mogen we gerust schrijven dat hij niet erg in zijn nopjes was met deze gang van zaken. 16. - - - 10-14; 17. 44-39 18-23; 18. 21-16 01-07; waarom niet gewoon 12-18 en 1x12? 19. 49-44 04-09; 20. 37-32 12-18; 21. 41-37 07-12; 22. 16x07 02x11; 23. 47-41 14-20; 24. 36-31 09-14; 25. 31-27 20-25; 26. 33-28 25x34; 27. 39x30 15-20; 28. 44-39 03-09; 29. 30-25 20-24; 30. 45-40 17-22; 31. 28x17 11x31; 32. 32-28 23x32; 33. 38x36. Het enige positieve voor zwart is dat hij het centrum heeft. 33. - - - 19-23; 34. 37-32 12-17; 35. 42-38 06-11; 36. 40-34 08-12; 37. 34-30 13-19; Veel gebeurt er niet, maar laten we er toch maar eens een diagram tegenaan gooien.
U mag zelf zeggen wat u ervan vindt. Dick Lust, die moest invallen toen de wedstrijd al begonnen was, verweert zich uitstekend, maar aan de andere kant had Richard wel wat aanvallender kunnen spelen. 38. 41-37 17-22; 39. 48-42 11-17; 40. 32-27 22x31; 41. 36x27 09-13; 42. 37-32 17-22; 43. 39-34 22x31; 44. 32-28 23x32; 45. 38x36 18-23; 46. 43-38 13-18; 47. 34-29 23x34; 48. 30x39 19-23; Theun Zwier zou hier tempo’s berekenen. Welnu: zwart 26, wit 21. Het verschil is te klein om ermee te kunnen winnen. 49. 38-32 23-28; 50. 32x23 18x29; de omstanders stonden driftig mee te rekenen. 51. 42-38 12-17; 52. 38-32 17-21, want op 17-22 volgt 32-27. 53. 39-34 29x40; 54. 35x44 21-27; 55. 32x21 26x17; Nu gaat er toch nog iets gebeuren.
Eerst maar even het spelverloop:
56. 36-31 24-29; 57. 44-40 29-33 en hier stop de notatie, maar we weten dat zwart won en dat kan ook precies allemaal:
40-34 33-38; 34-29 38-42; 29-23 42-47; 31-26 47-36 en uit
Die 36-31 was een tempoverlies die wit zich niet kon permitteren. Kiest hij de sluiproute door meteen 44-40 te spelen, dan is remise onontkoombaar.
2. Jan Bakker - Remmert Sijm 1 - 1
1. 33-28 18-22; 2. 31-27 22x33; 3. 39x28 13-18; 4. 44-39 9-13; 5. 39-33 4-9; 6. 50-44 17-22; 7. 28x17 11x31; 8. 36x27 6-11; 9. 44-39 11-17; 10. 41-36 1-6; 11. 47-41 7-11; 12. 32-28 19-23; 13. 28x19 14x23; 14. 34-30 2-7; 15. 49-44 10-14; 16. 30-25 14-19; 17. 25x14 9x20; 18. 37-32 5-10; 19. 33-28 17-22; 20. 28x17 11x31; 21. 36x27 10-14; 22. 39-33 3-9; hij moet eigenlijk wel, maar zwart zal hem niet met veel genoegen hebben gespeeld, omdat hjij nu nietmeer de korte vleugel kan versterken.
23. 44-39 19-24; 24. 41-37 14-19; 25. 46-41 24-30; 26. 35x24 19x30; Zou dat allemaal zo maar kunnen? Het alternatief 7-11 of 12-17 zag hij blijkbaar niet zitten. Diagram!
Op 40-35 zal wel 7-11 of 9-14 komen en na het slaan 23-28, waarmee het gelijk blijft. 33-28 kan natuurlijk niet wegens 30-35. Misschien is het gespeelde zo slecht nog niet, in elk geval woirdt de verdediging ermee versterkt.:
27. 41-36 30-35; 28. 37-31 35x44; 29. 39x50 6-11; 30. 50-44 11-17; 31. 44-40 23-29; 32. 33x24 20x29; 33. 43-39 18-23; Niet elke zwarte zet is toegestaan. 13-19 lag voor de hand, 42-37 19-23. Nu is 27-22 of 27-21 en 38-33 een gelijke ruil, maar lijkt toch voor wit het voordeligst uit te pakken.
Speelt wit nu 39-33 dan zal er weer een dubbele ruil volgen; 40-34 valt ook te overwegen. 34. 40-35 13-18; 35. 39-34 29x40; 36. 35x44 9-13; 37. 44-40 15-20; 38. 38-33 17-22; 39. 33-29 23x34; 40. 40x29. Een verrassing! Op 13-19 komt 32-28 en 27-21, drie om vier en winst voor wit. Dus zag Remmert zich genoodzaakt om een schijf te offeren: 40. - - - 16-21; 41. 27x16 13-19; Wit staat voor de keus: 48-43-38 of het gespeelde. Ik denk dat het weinig uitmaakt. 42. 45-40 19-23; 43. 40-34 20-24; 44. 29x20 23-28; 45. 32x23 18x40; 46. 20-14 40-44; 47. 14-10 44-50; 48. 10-5 22-27; 49. 31x22 50x6; en remise.
De stand op het moment van de remise:
Een schijf meer en een betere stand, maar die waarschijnlijk niet te winnen is.
Zwart zal eerst 8 naar 18 werken, zodat er een één om één kan.
Je zou denken aan 5-14, maar dan komt 6-1 met een dreiging van één om twee waar we niks aan kunnen doen. Het beste is daarom 50. 42-37 12-17; 51. 37-31 8-13; Dat lijkt een valletje, maar 7-11, 13-19 leidt tot een één om vier. Toch: 52. 5-32 6-1; 53. 32-49 7-11; 54. 16x7 1x29; Op 49-44 komt 17-21 en dan 31-26? Zwart 45-50 en remise. Dan maar:
55. 49-35 13-18; 56. 35-8 17-22; 57. 8-19 29-38; 58. 31-26 38-16; 59. 19-14 16-11; 60. 14-9 11-2; 61. 9-14 2-11; 62. 14-19 11-2; 63. 19-10 2-11.
En zo blijven we heen en weer schuiven, wit op de lange lijn en zwart op dfe lijn 2-16. Schijven 26 en 36 kunnen niet verder oprukken. Ook 48 komt niet ver, met andere woorden: remise is niet te voorkomen.
Dam halen op 4 had weinig uitgemaakt. Misschien was het een idee om eerst 31-26 te spelen:
48. 31-26 44-49; 10-5 49-40; 42-37 8-13; 37-31 13-18; 5-14 7-11; 16x7 12x1; en het wordt nóg lastiger. Nee, remise was de juiste uitslag.
3. Bart van Geel – Peter Noé 2 - 0
1. 32-28 17-21; 2. 37-32 21-26; 3. 32-27 26x37; 4. 41x32 11-17; 5. 46-41 17-22; 6. 28x17 12x21; 7. 33-28 19-23; 8. 28x19 14x23;
9. 39-33 10-14; 10. 44-39 14-19; 11. 33-28 5-10 en toen wit zijn vinger in de richting van schijf 27 deed, gaf zwart het op. Te snel? Als de rook is opgetrokken, staat zwart één schijf achter en staat dit nog op het bord, met wit aan zet:
4. Peter Bergen – Jan Broersen 0 - 2
1. 32-28 18-23; 2. 33-29 23x32; 3. 37x28 19-24; 4. 39-33 13-18; 5. 41-37 9-13; 6. 37-32 4-9; 7. 44-39 17-22; 8. 28x17 11x22; 9. 50-44 14-19; 10. 34-30 20-25; 11. 29x20 25x14; 12. 46-41 7-11; 13. 41-37 1-7; 14. 40-34 11-17; 15. 44-40 7-11; 16. 30-25 2-7; 17. 34-29 19-23; 31-27 valt te overwegen, maar beter is waarschijnlijk: 18. 49-44 23x34; 19. 40x29 14-19; 20. 44-40 19-23; 21. 47-41 23x34; 22. 40x29 15-20; 23. 25x14 10x19; 24. 35-30 22-27; 25. 31x22 18x27; 26. 32x21 17x26; De stand:
Een gelijkwaardige stand met veel ruimte in het midden. Nu is het zoeken en rekenen welke voorzettingen het sterkste spel opleveren.
27. 39-34 12-18; 28. 45-40 7-12; 29. 30-25 11-17; 30. 40-35 17-22.
Dit is toch lastig, hoor. Op 25-20 komt waarschijnlijk 9-14x14, hoewel 22-17 sterker is. De beste voor wit is misschien wel 37-32 met op 22-27, 32x21 16x27, 33-28 12-17, 38-33 9-14, 43-38, maar ik weet het allemaal niet zo zeker.
Helaas, zo ging het:
31. 38-33 en 19-24 gaf wit het meteen op.
Programma
vrijdag 11 januari E.D.C. – Haarlem
maandag 28 januari Zaanstreek 3 – E.D.C.
vrijdag 15 februari E.D.C. - S.N.A. 3
vrijdag 22 maart E.D.C. – Zaanstreek 2