Featured

Er is weer gespeeld

zij het slechts één partij in de tweekamp tussen de Gemeenelandsweg en de Hanedoes, beide in de gemeente Hollands Kroon. Hier komt-ie.

Hans van der Veen – Jan Bakker
15 juli 2021 te Oude Niedorp

1. 33-28 20-24; 2. 39-33 18-23; 3. 44-39 12-18; 4. 31-27 17-21;
Om te vereenvoudigen wordt veel 17-22 gespeeld, evenals 34-29 van wit, maar – ongeacht of dat nu sterk spel geeft of niet – we zitten niet tegenover elkaar om te vereenvoudigen!
5. 36-31 21-26; 6. 41-36 14-20; 7. 49-44 7-12; 8. 34-29 23x34; 9. 40x29
De eerste ruil, waarmee wit probeert het initiatief te nemen. Meteen breken via 20-25 kan. Mooier is 1-7 en 18-23.
9. - - 1-7; 10. 44-40 20-25; 11. 29x20 25x14;
Dat levert wit een paar tempo’s winst op, de reden waarom ik zelf altijd een hekel heb om de ruil te doen. De vraag is wel hoeveel zetten wit nog op de korte vleugel kan doen voordat hij zich daar te veel verzwakt. De zwarten staan beter om te verdedigen. De stand is 7-5 voor Bakker, dus die kan dat zich permitteren.
Te overwegen valt nu 27-22.


12. 40-34 19-23; 13. 28x19 14x23; 14. 33-29 10-14; 15. 38-33 14-20;
Eigenlijk verdient de stand nu al een diagram. Zwart profiteert niet van de gelegenheid om 12-17 op te spelen. Er zou 42-38 zijn gevolgd, waarop zwart 7-12 niet kan spelen, maar ook 8-12 niet, vanwege 33-28 en wit wint een schijf. Maar wat wel kan is 17-22 met interessant spel.
16. 42-38 4-10; 17. 47-42 20-25; 18. 45-40 10-14; 19. 50-45 14-20;
20. 35-30 5-10; 21. 30-24

gespeeld1Ik kan me nauwelijks voorstellen dat dit goed is. Zwart kan er drie keer achter, wit kan twee keer opvangen, maar de clou is dat 9 niet kan worden opgespeeld. Bijvoorbeeld:
10-14, 46-41 14-19, 40-35 19x30, 35x24 11-17 (anders is er niet), 27-21 16x27, 31x11 6x17, en 33-28.
De partij:
21. - - 11-17; 22. 27-21 16x27; 23. 31x11 6x17; 24. 46-41 17-22;
Het voordeel van deze zet is dat wit kan niet achterlopen, maar veld 27 wordt er misschien wel des te toegankelijker door. Op 10-14 had kunnen volgen 33-28 14-19, 40-35 19x30, 35x24. Zwart lijkt nu een schijf te gaan verliezen, maar heeft nog iets achter de hand: 25-30, 34x14 23x34, 39x30 9x29. Zwart dreigt achter te lopen, dus zal wit 28-23 moeten spelen, 29-34, 30x39 18x29.
25. 32-28 23x32; 26. 37x17 12x21; 27. 41-37 10-14;
Vervelend dat wit 38 niet kan opspelen.
28. 37-32 21-27; 29. 32x21 26x17; 30. 42-37 17-21; 31. 33-28

gespeeld2Indien nu 14-19, 40-35 19x30, 35x24 9-14, 45-40 14-19, 29-23 en wit staat wel goed.
31. - - 21-26; 32. 39-33 7-11; 33. 43-39 11-17; 34. 48-43 17-21; 35. 38-32 18-22; 36. 28x17 21x12;
Het wordt toch nog lastig!
37. 33-28 14-19; 38. 40-35 19x30; 39. 35x24 12-17;
Op 9-14 kan
I: 45-40 14-19, 40-35 19x30, 35x24 3-8 (A), 28-23 9-14, 23-19, allebei erdoorheen, maar zwart wordt teruggegooid en er resteert voordeel voor wit.
A: 13-19, 24x13 8x19, 29-23 en zwart wordt gedwongen achteruit te ruilen.
of II: 34-30 25x23, 28x10 15x4, 24x15 en wit heeft acht tempo’s winst, maar is dat genoeg?
40. 28-22 17x28; 41. 32x23 9-14;
Nu geeft 23-19 schijfverlies. Ook 43-38 13-19, 24x13 8x28 is niet zo sterk. Op 38-32 kan er van alles:
A. 14-19, 32x14 20x9 en het zal lastig worden daar nog door te komen,
B. 28-33, 39x28 14-19, 28-23 19x28, 32x23 20-24, 29x20 15x24 en winst voor zwart.
C. 28-33, 29x38 20-24 en zwart krijgt ook voordeel.
Op 38-33 komt 14-19-24. Conclusie:
42. 23-18 13x22; 43. 24-19 14x23; 44. 29x27 20-24; 45. 45-40 8-13 ; 46. 27-22 13-19; 47. 40-35 2-7; 48. 22-18
Prachtige zet.

gespeeld348. - - 15-20
Dreigt natuurlijk 19-23, maar hierdoor wordt 24-30 onmogelijk. Het is nu niet meer zo zeer een kwestie van op combinaties spelen, maar veel meer tempo’s tellen. Het hele zwarte blok staat vast en wit heeft op lins nog een paar speelbare schijven staan.
49. 39-33 3-8
Let op de plakker 26-31!
50. 33-28 8-12; 51. 28-23 19x28; 52. 18-13 28-33; 53. 13-9 26-31; 54. 37x26 33-39; 55. 43-38 39x30; 56. 9-3 30-34; 57. 3x17 24-29; 58. 17-50;

gespeeld4Let op dat de witte op 50 een dam is.
Een klein gelukje dat 38 er nog staat!! En 26 ......
Zwart kan nog een poging wagen met 20-24. Speelt wit nu 26-21, dan kan 34-39 en wordt het een vier om twee eindspel met goede kans op remise. Maar wit wacht dat natuurlijk niet af en speelt 50-28. Nu gaat 34-39 en 29-33 niet op wegens die schijf 38, die zwart net nog van dam af houdt. Dus 7-12, 26-21 12-18, 21-16 24-30 ?, 35x33 34-40, 33-29 25-30, 28-50 40-45, 16-11 enzovoort, uit.
58. - - 7-12; 59. 26-21 12-18; 60. 21-16 25-30; 61. 35x15 34-40; 62. 15-10 29-33 en zwart gaf op

Dan nog iets anders

gespeeld5Een oefenpartijtje. Laatste zet van zwart was 19x30 en wit staat er belabberd voor. Edoch!
45-40 30-35, een logisch antwoord, want 38-33 is verboden wegens 23-28x47.
16-11 35x33 38x29 17x6
maar nu:
25-20 15x33 32-28 23x32 42-38 33x42 48x10 en wit wint!!
Na 45-40 mag zwart dus 30-35 niet spelen. Beter is 17-21, 16x27 22x31, wit is genoodzaakt terug te gooien met 32-27 en gaat roemloos ten onder.
Hoewel ......
Het blijkt dat er het beste ook nog maar tijdelijk een tweede schijf kan worden geofferd:
25-20 14x25, 40-35 23-28, 35x24 13-19 (?), 24x13 18x9, 48-43 9-14,
38-33 15-20, 42-37 20-24, 34-29 14-20, 37-31 25-30, 43-38 30-35,
29-23 (39-34 en dan plakken biedt geen redding) 28x19, 39-34 22-27 (blijkt nodig te zijn), 31x22 20-25, 38-32 24-30, even kijken hoe het staat:

gespeeld6Laten we eerst eens kijken wat plakken oplevert: 22-18 30x37, 18x7, dat wordt een één-om-viertje.
Dus dan maar (vanuit de tweede diagramstand) 32-28 30x39, 33x44. Schijf 44 wordt straks geruild en de andere twee hebben zichzelf vastgezet.
Het eerste diagram is gewoon winst voor zwart, mits hij te gulzig is.




Dan heb ik nog een aardigheidje:

Daar was voorheen een slimme vent,
Gelijk de bonte hond bekend
En om zijn kunst geprezen.
“Hier woont de groote Daedelus,
Mechanicus en Physicus”
Stond op zijn deur te lezen.

Hij was van alle markten klaar,
Zoo timmerman als metselaar,
zoo smid als slotenmaker.
De scheepsbouw kon hij op een prik;
En Zondags was hij elk een schrik
Als dammer of als schaker.

Het zijn de eerste twee strofen van het gedicht Icarus van Willem Messchert, dat hij schreef in 1820. Dammen was in die dagen dus een sport/spel dat men vooral op zondag beoefende. Evenals schaken overigens.
Bij vrouwen hoefde je er echter niet mee aan te komen, als we een andere dichter, Abraham Louis Barbaz, moeten geloven. In 1807 dichtte hij de Lof der kwaadsprekendheid, oftewel de roddelpraatjes:

Het is vooräl by ’t lief geslacht der vrouwen,
(Mejuffers! weet, ik zeg het in vertrouwen:
Vergramt u niet!) dat zy zich welkom vind,
En méér dan kaart- of damspel wordt bemind.

Liever zitten roddelen dan een gezellig potje dammen dus.

 

gespeeld7Weer eens iets anders. Ik kwam hem tegen in het Westfriesch Dagblad Onze Courant van zaterdag 6 april 1935, maar hij zal in allerlei tijdschriften en boekwerken geplaatst zijn.
Zwart heeft tien dammen en wit heeft er twaalf.
Wit wint door:
37-32, 41x32, 48x23, 34x23, 40x7, 16x13, 31x18, 36x9, 25x3.
Uit, zult u zeggen, maar de krant laat zwart nog 6-1 spelen, waarop wit 3-25, ik weet ook niet waarom; zwart maar weer 1-6, wit 25-39 en dan is het toch nog uit.

 

Tenslotte

Ik las in het Westfriesch Dagblad Onze Courant van 8 oktober 1935 een verslag van de “R.K. Westfriesche Dambond in jaarvergadering bijeen”. Alle clubs waren aanwezig. Dat waren er intussen een mooie zooi, want vrijwel elk dorp had een eigen damclub, sommige soms twee, en de meeste waren aangesloten bij de katholieke bond.
Interessant is het laatste onderwerp:

gespeeld8

Sinds de oprichting van de katholieke bond zijn er wedstrijden gespeeld tegen E.D.C., die toen – met de Beemster – als de sterkste clubs in Noord-Holland mogen worden beschouwd. De Enkhuizers wonnen danook meestal, hoewel er onder de katholieken steeds sterkere spelers voorkwamen.
De G. Adviseur moet de een of andere katholieke priester zijn geweest, die als zodanig was aangesteld.